20 jaar bestaan reeks: Ñapa artikel 3

Integriteit binnen de financiële sector

Integriteit is essentieel voor een gezond (financieel) stelsel van een land en dus ook voor haar economie. Voor het goed kunnen functioneren als (financiële) onderneming is vertrouwen van onder meer de klanten een directe voorwaarde. Integriteit vormt één van de pijlers van het vertrouwen van een klant in een (financiële) onderneming. Het belang van integriteit binnen de financiële onderneming wordt extra onderstreept door de aandacht die het heeft bij de toezichthouder, de Centrale Bank.

Als eerste, wat is integriteit?

Integriteit is allereerst een persoonlijke eigenschap. Het betekent dat mensen besef hebben van waarden en normen, respect en oog hebben voor de belangen van anderen. Het betekent dat mensen onkreukbaar zijn; zij geven hun waarden niet zomaar op als dat hun toevallig goed uitkomt. Een integer persoon is consistent en transparant in woord en daad, zij doet wat zij zegt en zegt wat zij doet.

Een andere omschrijving, specifiek relevant voor de focus van dit artikel, geeft aan dat het begrip integriteit ‘de zorgvuldige omgang met bedrijfsmiddelen omhelst (zoals werktijd, informatie- en communicatiemiddelen en bedrijfsinformatie), de wijze waarop medewerkers met elkaar omgaan (zoals de afwezigheid van seksuele intimidatie, discriminatie, pesten, vriendjespolitiek en geweld), alsook de wijze waarop de belangen van externen worden gerespecteerd’.

Als u bijvoorbeeld aan uw eigen bank denkt, spelen er vragen als: Verwacht u als klant dat de medewerkers, het bestuur en de raad van commissarissen van uw bank integer handelen? Heeft u er vertrouwen in dat er zorgvuldig wordt omgegaan met uw geld en informatie en dat van uw kinderen? Heeft uw bank naar uw mening een zorgplicht tegenover u als klant?

De kredietcrisis van 2008 kan een ieder zich zeer waarschijnlijk nog goed herinneren. Een van de oorzaken was dat banken in Amerika veel risicovolle hypotheken hadden verstrekt, waar later bleek dat deze niet terugbetaald konden worden. De klanten die zo’n risicovolle hypotheek hadden afgesloten verloren hun huis en de banken kregen voor deze huizen veel minder geld wegens het instorten van de huizenmarkt. Als gevolg hiervan moesten de Amerikaanse banken vele miljarden dollars afschrijven waardoor vervolgens hun eigen financiële positie aanzienlijk verslechterde. In reactie daarop, de wereldeconomie is immers een netwerk van banken, producenten en consumenten, sloeg de crisis over naar andere delen van de wereld. De ‘ultieme’ negatieve consequentie van al deze voorvallen was het gebrek van vertrouwen van het publiek in de banken en financiële sector in zijn geheel.

Hier steekt dus het begrip integriteit de kop op. Indien de banken (lees: bank medewerkers en directie) integer hadden gehandeld hoe kan het dan zijn dat er zulke risicovolle kredieten waren verstrekt op zo een grote schaal, dat uiteindelijk de hele wereld in economische crisis belandde? Had men integer gehandeld dan waren die risico’s toch niet genomen? Was men hier niet bezig met eigen belang in plaats van het belang van de consumenten en de maatschappij in het algemeen? Als consument moet je kunnen vertrouwen dat alle instellingen binnen de financiële sector op een betamelijke en transparante manier omgaan met je geld.

 

Voor de consument is het dus van enorm belang dat de mensen aan de top in de financiële sector integer handelen en hiermee het voorbeeld stellen voor het functioneren van het geheel bedrijf.

Het directe gevolg was dat de Centrale Banken steeds meer focus gingen leggen op integriteit alsook op het feit dat financiële instellingen op basis van de wet- en regelgeving verplicht is een adequaat beleid voor een integere uitoefening van haar bedrijf te voeren. Daarnaast dient zij haar bedrijfsvoering dusdanig in te richten dat een integere uitoefening van het bedrijf is gewaarborgd. Voorbeelden van financiële instellingen die verplicht zijn zich te houden aan de regelgeving zijn: (offshore) banken, verzekeraars, assurantiebemiddelaars, geldtransactie-bedrijven, trustkantoren en pensioenfondsen.

Onder integriteit wordt op grond van de Compliance en Integriteit wet- en regelgeving in ieder geval verstaan: “het tegengaan van belangenverstrengeling; het tegengaan van witwassen van geld of de financiering van terrorisme, alsmede de naleving van sanctieregelgeving; het tegengaan van strafbare feiten en andere wetsovertredingen door de instelling of de voor haar werkzame personen; voorkomen dat relaties met consumenten, cliënten of andere derden het vertrouwen in de financiële instelling of in de financiële markten kunnen schaden, en voorkomen van andere handelingen door de instelling of de voor haar werkzame personen, die zodanig ingaan tegen hetgeen volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer is betaamt, dat daardoor het vertrouwen in de instelling of in de financiële markten ernstig kan worden geschaad.”

Onder het integriteitstoezicht valt ook “de betrouwbaarheidstoetsing door de Centrale Bank van de (mede)beleidsbepalers en houders van gekwalificeerde deelneming”. Dit betekent dat mensen die in zulke top posities zitten in de financiële sector door de toezichthouder ‘gescreend’ worden.  Er wordt gekeken naar de kennis, vaardigheden en professioneel gedrag van de persoon en strafrechtelijke- financiële- toezichts- en overige antecedenten. Deze personen moeten de volgende eigenschappen hebben: ‘waarheidslievendheid’, verantwoordelijkheidszin, wetsgetrouwheid, openheid, oprechtheid, prudentie, punctualiteit, onkreukbaarheid, discretie en rechtschapenheid. Daarnaast dient een instelling beleid op te stellen inzake incidenten, klokkenluiders, (pre)employment screening, AML/CFT en dienen personen benoemd te worden op de diverse compliance functies.

De geldende wet en regelgeving, globalisering als ook steeds veranderende normen en waarden heeft in onze financiële instellingen geresulteerd in onder andere de vastlegging van een gedragscode. Dit document moet duidelijkheid bieden over hetgeen binnen de organisatie acceptabel is en wat niet alsook wat van medewerkers verwacht wordt. De gedragscode moet echter wel verankerd zijn in de bedrijfsprocessen. Dit wordt alleen bereikt indien aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: ‘tone at the top’ (voorbeeldgedrag bij management), het bespreekbaar maken van integriteitsdilemma’s zonder gevaar voor represaille en het belonen van gewenst gedrag terwijl ongewenst gedrag gestraft wordt.

Ter afsluiting wijzen wij op de bankier eed zoals wettelijk geregeld in Nederland. De bankier eed is een beroepseed waarbij personen beloven ‘dat ze hun functie integer en zorgvuldig zullen uitoefenen en daarbij het belang van de klant centraal stellen’. Hiermee zouden zij meer bewust moeten worden van de grote verantwoordelijkheid die zij dragen voor de onderneming, de financiële sector in zijn geheel en de maatschappij. Denk u eens hierover na, wellicht een welkome ontwikkeling ook voor onze landen hier in het Caribisch gebied?

 

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *